Aurélie interviewen zou iedereen wel eens willen doen. Ik had er eerlijk gezegd in het begin een beetje stress voor. Wie zou nu niet een gesprek willen met een backpackster met zo veel ervaring? Wij hebben dan ook samen op school afgesproken boven op het vierde verdiep, in het zonnetje op het terras. Zodra ze aankwam voelde ik me op slag beter, ze brengt direct een warme sfeer binnen. Iemand heel simpel, met altijd een grote glimlach op haar gezicht. De dag van het interview had ze een simpele dikke wollen pull aan met een hippe jeans en de trendy leren boots, Dr. Martens. Kampeermateriaal, twee broeken, twee truien, zeep, een tandenborstel, essentiële oliën, een notebook, een waterfles, Tiger Balm en koord voor armbandjes te maken: het strikte minimum dat zij met haar meehad. Geniet alvast van deze spannende wereldreis!
Kan je wat meer over jezelf vertellen?
Ik ben Aurélie, ik ben 28 jaar oud en studeer sociaal werk aan de Erasmushogeschool in Brussel. Ik ben opgegroeid in Anderlecht en deel nu een appartement met vrienden in Sint-Gillis.
Wanneer ben je begonnen met reizen en waarom?
Mijn eerste reis buiten Europa was in 2009 op mijn 18de. Oorspronkelijk wou ik mijn 6de humaniora opnieuw doen in de Verenigde Staten. De organisatie waarmee ik wou vertrekken maakte een eerste selectie van de kandidaten op basis van een gesprek met één van de medewerkers. Ik herinner me nog heel goed wanneer de man zei “vertrek niet naar de Verenigde Staten, je zult je er niet ontplooien. Wat ik je wel aanraad is om met een Working Holiday visum een jaar door Australië te reizen.” Ik kwam buiten het gebouw en riep naar mijn ouders toe “ik ga naar Australië!”. Australië had me eigenlijk nooit echt aangetrokken maar het idee om in het onbekende te stappen vond ik zeer spannend.
Ben je zo opgegroeid?
Toen ik jong was ben ik met mijn ouders nooit op reis gegaan. Tijdens mijn eerste reis vertrok ik met een valies in mijn hand. Tot op vandaag moet ik nog lachen met het idee dat ik met een echte koffer ben vertrokken, van backpacken wist ik toen nog niets. In Australië ontmoette ik Adrien, een Franse avonturier en een fanaat van extreme sporten, met wie ik een tijdje reisde. Met zijn gele Crocs, backpack, tent en duim reisde hij doorheen het gigantisch land. Aan hem heb ik veel te danken. Dankzij hem heb ik een manier van reizen ontdekt dat het beste bij mij past: liften, mensen ontmoeten en in het wild kamperen.
En na Australië?
Na een jaar in Australië begon ik aan een nieuw avontuur: studeren. Ik koos voor handelsingenieur aan de ULB. Maar studeren was toen niets voor mij en ik wist helemaal niet wat ik later wou doen. Na twee en een half jaar durfde ik eindelijk mijn studies stop te zetten en te gaan werken. Ik vond de perfecte job om te blijven reizen: bijstandsverlener bij Europ Assistance. Ik had er veel vakantie en kon gemakkelijk mijn contracten verbreken en na het reizen terug beginnen. Na een reis van drie maanden doorheen Brazilië met vrienden was het voor mij duidelijk: als ik toch niet wist wat ik wou doen in het leven kon ik even goed gaan experimenteren in het buitenland en me laten inspireren door andere mensen en culturen.
“If you wonder what goes through a hiker’s head at that specific moment “14 days to go, I am not even halfway, fuck this, never again”
What I think now “I should have looked at my feet less”
–Aurélie Hennebert, Nepal
Van februari 2016 tot en met juni 2017 reisde ik liftend met mijn rugzak doorheen de Verenigde Staten, Centraal-Amerika, India en Nepal.
Guatemala India Verenigde Staten
Miste je het gevoel niet van een echte “thuis”?
Na een anderhalf jaar, miste ik routine wel maar ik was nog niet klaar om terug naar België te komen. Tijdens een trek in de Himalaya raadde Kevin, een Ierse man mij aan om naar China te gaan en er te werken. “Het is er goed betaald en je vindt er gemakkelijk jobs als leerkracht Engels” zei hij. China? Nooit! Dat was mijn eerste reactie. Maar mijn toenmalige vriend overtuigde mij om het toch te proberen. Na een week vonden wij een job. We konden kiezen tussen verschillende steden maar als we toch naar China zouden verhuizen, dan zouden we all-in gaan. Ergens afgelegen, liefst in een rare stad met een kleine expat-gemeenschap. We googelden Jilin, een stad in het noordoosten van China tussen Noord-Korea en Siberië. -25 Graden in de winter, een ski-resort dichtbij en maar drie zinnen uitleg over de stad in reisgidsen zoals Lonely Planet? We waren vertrokken!
Hoe zou je Jilin kunnen vergelijken met Brussel op niveau van levensstijl, mentaliteit en cultuur?
Het leven is daar helemaal anders. Het centrum van Jilin is te vergelijken met grote metropolen in Zuid-Amerika en Azië, behalve dat alles er modern en nieuw uitziet: grote wegen, shopping centra en hoge gebouwen. Ook het weer zal ik nooit vergeten, temperaturen dat we hier in België nooit hebben.
Op vlak van mentaliteit heeft mijn ervaring in China alle vooroordelen en stereotypen doorbroken. Waar ik vroeger dacht dat chinezen extreem georganiseerd zouden zijn was het één en al chaos, tot op de werkvloer. Ook op vlak van attitude zijn er bepaalde zaken die we hier in België als ruw zouden beschouwen zoals in de files voorbij steken, duwen en op de grond spuwen. Zo kwam het regelmatig voor dat personen in de winkel in mijn winkelkar kwamen prutsen om te zien wat ik als buitenlander ging kopen. De eerste vragen waren “Hoe oud ben je?”, “Ben je getrouwd?”, “Hoeveel verdien je?”. Het bezit van geld en de sociale status is er ook een soort obsessie en levensdoel.
Daarnaast zijn er ook zeer veel aspecten waar wij veel van kunnen leren. Het gemeenschapsgevoel is er sterk aanwezig, wat wij zijn verloren in onze individualistische maatschappij. Zo komen honderden personen van alle leeftijdscategorieën ’s avonds samen in het park om er van alle soorten activiteiten te doen, zoals snel stappen, zumba en traditionele dansen. Chinezen zijn heel sociaal en vriendelijk maar toch miste ik het Brusselse kosmopolitisme en uitgaansleven.
Hoe was je sociale leven daar?
De eerste twee maanden waren we ervan overtuigd dat we de rest van het jaar met twee zouden moeten doorbrengen. We spraken geen Chinees, onze enige vrienden waren mijn baas en zijn assistente. Zelfs zijn tweejarige zoon weende toen hij ons zag, een vriend minder dus. Aangezien er in China niet echt cafés zijn, hadden wij het gevoel dat we de enige jongeren waren in de stad. Op een dag zocht ik “Jilin” op de website van CouchSurfing en stuurde ik een bericht naar het enige account dat er stond. Zo hebben we Adam ontmoet, een Amerikaan. Hij introduceerde ons aan de andere leerkrachten Engels in de stad. Mijn vrienden bestonden eerst uit vooral buitenlanders. Toen mijn Chinees beter werd, maakte ik uiteindelijk Chinese vrienden. Zo kwam ik eindelijk te weten waar alle jonge Chinezen ’s avonds te vinden zijn: in de KTV, een soort karaoké met privé-zalen waar je met je vrienden zo een zaal kan huren. Ook barbecueën is in Jilin trouwens bijna een hobby. Zo kan je in de warme maanden honderden mannen in een restaurant zien, aan een tafel vol bier en vlees.
Je hebt ook drie maanden in León, in Nicaragua gewoond. Hoe zou je León kunnen vergelijken met Brussel op niveau van levensstijl, mentaliteit en cultuur?
León is de tweede grootste stad van Nicaragua, maar het blijft een vrij kleine stad. In tegenstelling tot China, ademt León geschiedenis en borrelt het van cultuur. De oude en kleurrijke koloniale gebouwen word je nooit beu, hoe lang je er ook maar blijft. Ook heerst er een typische Latijns-Amerikaanse sfeer waarvan ik hou. Mensen zijn er warm en enthousiast. Door het toenemende toerisme is León een hippe stad geworden met een groot aanbod aan etentjes, cafés en plaatsen om te dansen.
Natuurlijk is er veel meer natuur dan in Brussel, ik ging meestal vulkanen beklimmen of we gingen ook vaak naar het strand met vrienden. Elke avond werd er ook een beurs georganiseerd met groepen van kinderen die dansten en muziek maakten. Je vindt er heel veel mensen die op de grond op straat verkopen, dat vind je natuurlijk niet in Brussel.
Waarom ben je naar Brussel teruggekomen, en ben je niet in een andere stad gebleven?
Ik heb ook na het reizen een heel ander Brussel leren kennen dan voor ik vertrok.
Eerst en vooral voor mijn studies. Studeren in België is goedkoper dan in heel veel andere landen. Ik hou ook gewoon van de Brusselse mentaliteit. Ik ben echt een fan van Brussel. Ik vind de Brusselaars “chill” en simpel in hun manier van zijn. Ik hou ook echt van de diversiteit. Elke week ga ik met vrienden naar het café “Verschueren” in Sint-Gillis, een oud café dat tijdens WO II fungeerde als clandestien lokaal voor verzet. De buurt is een mooie weerspiegeling van Sint-Gillis vandaag de dag: een sociale mix. Van de ‘bobo Sint-Gillis tot de oude Brusselaars’, je vindt er alle sociale klassen terug. Ik heb ook na het reizen een heel ander Brussel leren kennen dan voor ik vertrok.
Van waar heb je die passie reizen?
Sinds Australië ben ik nooit meer lang op dezelfde plaats kunnen blijven. Ik word routine snel beu en ga steeds op zoek naar verandering en uitdaging. Hierbij ben ik ervan overtuigd dat reizen de beste leerschool is. Tijdens het reizen heb ik andere realiteiten dan de mijne gezien en beleefd, daarnaast heb ik inspirerende personen ontmoet. Elke reis heeft op één of andere manier een impact op mij en op mijn manier van denken gehad, zoals bijvoorbeeld het in vraag stellen van mijn vanzelfsprekendheden en referentiekaders. Hierbij ben ik ook een echte nature-lover. Ik zou niet huilen voor een film maar wel een traantje weerhouden wanneer ik naar de natuurwonderen van deze wereld kijk.
Je hebt ook een paar meerdaagse trektochten gedaan. Van waar haal je die inspiratie?
Toen ik op het vliegtuig naar de Verenigde Staten zat, keek ik heel toevallig naar de film “Wild”, een film over een backpackster dat op haar eentje zes maanden de Pacific Crest Trail heeft bewandeld. Ik wou naar aanleiding van die film het ook eens proberen. Vijf dagen na het bekijken van de film ondernamen we een 20-daagse tocht van Mexico tot en met de Grand Canyon.
Heb je een bepaald doel tijdens het reizen?
Ik heb geen bepaald doel. Ik reis echt van dag op dag, zonder iets te organiseren of zonder te weten waar ik naartoe ga. Ik hou echt van het structuurloze, niets te organiseren en ik zie dan wie ik ontmoet en wat er zal gebeuren.